Pictures

INFECTED met BRAZILIAANSE KOORTSEN

De lage zon aan het eind van de dag geeft het verlaten havengebied een sfeer van troosteloosheid. Een niemandsland waar de tijd stil lijkt te staan en niets meer van belang is, depressie en melancholie een beschuttende mantel vormen.

Onkruid woekert over en tussen verroeste rails, lege bierblikjes, een enkele drankfles. Roerloos omhoogtorenende kranen kijken als versteende giganten toe. Terwijl Matt Johnson en fotograaf Wim van de Hulst in de verte tussen de lege treinwagons verdwijnen nadert een politiewagen. Onderzoekende blikken in de richting van de eenzame auto, even een aarzeling… en een wolk van uitlaatgassen is al wat rest, loodzwaar weer de stilte. In de verte begint een vliegtuig aan zijn landingsbaan.

Het was najaar 1986 toen Wim van de Hulst op een verlaten rangeerterrein in Amsterdam voor het muziekblad OOR in korrelig zwart-wit Matt Johnson fotografeerde. De 24-jarige Johnson, als rockartiest bekend onder het merkwaardige pseudoniem The The, had net zijn nieuwe album uit: Infected. Samen met de elpee kwam er een boek uit met teksten, foto’s en illustraties en een film geschoten op lokatie in Peru, Bolivia, New York en Londen. Op Infected schetste Johnson het verval en de aftakeling van de menselijke soort, haar agressie en obsessies. Infected greep mij, en dan vooral de titeltrack met zijn koortsige Amazone rivierbeelden.

Het was niet de eerste keer dat Wim van de Hulst en ik samenwerkten, hij als fotograaf, ik als popjournalist. Het begon in 1984 met een verhaal voor OOR over Edward Ka-Spel en diens neopsychedelische band The Legendary Pink Dots. Tien jaar later waren we voor het laatst als duo voor OOR op pad, in België, in een bonte wereld van kleur en cultuur, samen met de vijf vrolijk a capella zingende vrouwen van Zap Mama.

In die tien jaar produceerden wij een stroom van reportages en verhalen, meestal voor OOR maar ook voor Nieuwe Revu, HP/De Tijd en de VPRO. Die speelden zich voornamelijk af in de meer donkere contreien niet alleen van de rockcultuur maar ook van de kunst-, film- en theaterwereld.

Wij verhaalden in niet mis te verstane woorden en beelden over Sonic Youth, Swans, Front 242, Laibach, The The, Diamanda Galas, Nick Cave, Marc Almond, Lydia Lunch en niet op de laatste plaats Jim Thirlwell, de man die zichzelf als Foetus aan het rockkruis spijkerde.

In 1990 reisde ik voor het eerst naar Brazilië. Ik overleefde in de Amazonejungle agressieve bijen, dronken inheemsen, het anti-malaria middel Lariam en de rivier zelf, had in het waterland van Ilha de Marajó een koortsdelirium, werd met een eenmotorig vliegtuigje in de bush opgepikt en naar een ziekenhuis gevlogen en danste in Salvador, Bahia met de drummers van Olodum. Brazilië bleek behoorlijk rock & roll en ikzelf Infected.

Mei 1994 verruilde ik OOR en de popjournalistiek voor de jungle van het Braziliaanse Amazone regenwoud. Zonder fotograaf. Dat moest ik zelf maar doen, zei hij. Dat kon ik best wel.

Enkele jaren later hielp Wim van de Hulst mij samen met zijn partner, vormgeefster Marion Rosendahl, bij het samenstellen van mijn eerste foto-expositie in de Galerie van de Melkweg in Amsterdam.