De klimaattop COP30 in Brazilië heeft een slotverklaring opgeleverd waarin geen duidelijke afspraak is opgenomen om fossiele brandstoffen uit te faseren, ondanks dat veel landen en klimaatorganisaties daar sterk op hebben aangedrongen. Vertegenwoordigers van onder meer inheemse bevolkingsgroepen en het maatschappelijk middenveld zijn teleurgesteld omdat het akkoord vooral inzet op implementatie van bestaande afspraken, het vergroten van klimaatfinanciering en verbetering van internationale samenwerking, zonder nieuwe verplichtingen voor de afbouw van fossiele energie.
De Braziliaanse voorzitter, André Corrêa do Lago, benadrukte dat belangrijke discussies over het beëindigen van fossiele energie wél zijn gevoerd, maar dat hierover geen harde afspraken in het slotdocument zijn opgenomen. Hij erkent het belang van deze debatten en kondigt aan dat onder het Braziliaanse voorzitterschap bij volgende bijeenkomsten meer aandacht zal zijn voor de bescherming van bossen en kwetsbare gemeenschappen, en voor het rechtvaardig vormgeven van de transitie naar een koolstofarme economie.
Verder is afgesproken dat internationale klimaatfinanciering voor kwetsbare landen aanzienlijk moet worden verhoogd. De nadruk ligt daarnaast op het vergroten van transparantie en samenwerking om de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs te halen, met aandacht voor sociale rechtvaardigheid, mensenrechten en de rol van inheemse volkeren. Veel klimaatactivisten vinden het akkoord echter onvoldoende en noemen het een gemiste kans om internationaal door te pakken voor strengere klimaatmaatregelen.
Op het laatste moment gooide Colombia een flinke steen in de vijver. Hun standpunt was helder: de conferentie kon niet worden afgesloten zonder een duidelijke verwijzing naar een rechtvaardige, ordentelijke en eerlijke overgang weg van fossiele brandstoffen. Samen met Nederland kondigde het land aan in april 2026 een internationale conferentie te organiseren die deze overgang moet versnellen, met speciale aandacht voor juridische, economische en sociale aspecten. Colombia maakte hiermee duidelijk dat zonder rechtvaardigheid geen echte vooruitgang mogelijk is.
