De klimaattop COP30 in Belém loopt richting het slotstuk, maar het tempo blijft laag en de onderhandelingen stroef. In de blauwe zone, waar de formele onderhandelingen plaatsvinden, zijn ondanks weken intensief overleg nog geen grote doorbraken bereikt. Vooral het uitfaseren van fossiele brandstoffen en de financiering van klimaatmaatregelen zorgen voor wrijving, met teleurstelling bij kwetsbare en inheemse groepen. Zij voelen zich onvoldoende gehoord, terwijl Brazilië vooraf juist het belang van inclusiviteit en bossen onderstreepte.
Wat steeds meer opvalt: het aantal fossiele lobbyisten is naar ruim 1600 gestegen — meer dan deelnemers bij de meeste nationale delegaties. Hun aanwezigheid wekt kritiek: lobbyisten zetten veelal in op het afzwakken van afspraken over fossiel en dringen aan op lagere financiële toezeggingen. Zo wordt het toegezegde bedrag van 300 miljard dollar aan klimaatfinanciering tot 2035, dat in 2024 tijdens COP29 werd afgesproken en nu op COP30 bevestigd, door velen gezien als te laag; wetenschappers stellen dat zeker vier keer zoveel nodig is. Veel van die steun is bovendien in de vorm van leningen, wat landen met hoge schulden extra raakt.
Brazilië zet zich in als hoeder van de bossen en lanceerde de Tropical Forest Forever Facility (TFFF), een fonds van 125 miljard dollar als ode aan het bos. Vanaf 2026 moeten boslanden beloond worden voor het bewaren van hun groene zones. Tot nu toe is er zo’n 5,5 miljard toegezegd, vooral door Brazilië, Indonesië, Noorwegen en Frankrijk. Het doel is om het fonds te laten groeien met privaat geld en andere landen, met een open deur voor landen als Congo – al zit die er nog niet bij. Het geld moet vooral naar inheemse en lokale gemeenschappen, een lang gewenste erkenning. Of het echt helpt, moet de toekomst uitwijzen.
De sfeer is gespannen, met hoop en onzekerheid. De deadline voor nieuwe klimaatplannen nadert, maar belangenstrijd over fossiel en geld strooit roet in het eten. Kleine stappen zijn gemaakt, maar het blijft afwachten hoe krachtig het eindakkoord wordt. De bossen en hun bewoners wachten af.
