“Ontbossing heeft zijn eigen dynamiek,” zei Philip Fearnside, klimaatwetenschapper bij het Nationale Instituut voor Amazoneonderzoek (INPA) in Manaus, toen ik hem drie jaar geleden voor het laatst sprak.
Het was in de aanloop naar de presidentsverkiezingen, in de laatste maanden – weten we nu – van de regering van de ultrarechtse Jair Bolsonaro, een desastreuze periode voor het Amazonewoud. Zou zijn uitdager Luiz Inácio Lula da Silva het beter doen? Toen hij in Manaus op campagne was, liet hij weten de plannen te steunen om de BR-319, een achthonderdtachtig kilometer lange snelweg van Porto Velho, de hoofdstad van de Braziliaanse deelstaat Rondônia, naar Manaus, opnieuw aan te leggen. Daarmee wordt een enorm gebied in de Amazone opengesteld. En dat zal niet ophouden bij Manaus: er bestaan plannen om de weg verder noordwaarts door te trekken, tot aan de grens met Venezuela. Dat zou een groot bosgebied in het westen van de deelstaat Amazonas aantasten.
Ik vroeg Fearnside destijds of hij dacht dat het presidentschap van Bolsonaro de vernietiging van de Amazone zodanig had versneld dat er misschien geen weg meer terug was.
Philip Fearnside: “Nou, sommige dingen kunnen ongedaan worden gemaakt, maar andere niet. Als je een weg of iets bouwt, dan onttrekt het zich aan de controle van de regering. Ja, de regering besluit om de weg aan te leggen, maar als die er eenmaal is, zijn er vervolgens duizenden individuen die zich verplaatsen en hun eigen beslissingen nemen. En in de praktijk gebeurt dat alles buiten het zicht van de controle van de overheid. Ze kunnen allerlei discussies voeren over bestuur en dergelijke, maar wat er werkelijk gebeurt heeft zijn eigen dynamiek. Dat is één ding. Het kost veel tijd om te herstellen wat er de afgelopen vier jaar verloren is gegaan. Verder is het net gekozen Nationale Congres meer anti-milieu dan het vorige. Het is dus zeer waarschijnlijk dat veel wetten uit de periode van de regering Bolsonaro zullen blijven. De aanhangers van Bolsonaro in het congres willen er zelfs een aantal aannemen voor het einde van dit jaar, nog voor het nieuwe congres het roer overneemt. Daaronder is PL 191, die inheemse gebieden openstelt voor hydro-elektrische dammen, mijnbouw, landbouw, houtkap enzovoort. Dat zou dus zeer ernstig zijn. Vergeet niet dat Lula de bouw van hydro-elektrische dammen heeft gesteund. Hij bouwde de Belo Monte Dam en zou dat weer kunnen doen.”
Het is inmiddels drie jaar verder, maar de woorden van Philip Fearnside echoën nog altijd door.
Een recent artikel van de klimaatwetenschapper op de website van onafhankelijk persagentschap Amazônia Real uit Manaus verwijst naar een brief die op 20 november 2025 is gepubliceerd in het tijdschrift Science. In deze brief leggen de auteurs uit dat er een kloof is tussen de internationale klimaatretoriek van Brazilië en het daadwerkelijke beleid van de regering Lula, met name rond de uitbreiding van olie-extractie bij de monding van de Amazone.
Fearnside benadrukt dat deze discrepantie problematisch is voor het behoud van het Amazonewoud en het wereldklimaat. De brief bespreekt de gevolgen van het huidige beleid wat betreft klimaat, natuur en de rechten van inheemse volken en waarschuwt voor het gevaar van het blijven openen van nieuwe olievelden, wat indruist tegen de mondiale doelstelling om fossiele brandstoffen snel uit te faseren.

Olie: de hypocrisie van Brazilië tijdens COP30
Door José é Amorim Reis-Filho, Tommaso Giarrizzo, Friedrich Wolfgang Keppeler, Eurico Noleto-Filho, Marcelo Oliveira Soares, Valter M. Azevedo-Santos, Guilherme O. Longo, Mariana Bender, Rafael A. Magris en Philip M. Fearnside
We hebben een brief gepubliceerd in het tijdschrift Science (hier beschikbaar), waarin we wijzen op het grote verschil tussen wat Brazilië zegt over het aanpakken van de opwarming van de aarde en wat de regering in de praktijk doet met nieuwe olieprojecten aan de monding van de Amazone en in andere voorgestelde winningsgebieden. Hieronder volgt de tekst (in Nederlandse vertaling):
“De toestemming die de Braziliaanse regering op 20 oktober verleende voor olieboringen aan de monding van de Amazone staat in scherp contrast met de rol van Brazilië als gastheer van de 30e Conferentie van de Partijen bij het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties (COP30). Deze beslissing ondermijnt de geloofwaardigheid van de Braziliaanse klimaatbeloften en de boodschap die het land wereldwijd probeert uit te dragen.
Het project staat het staatsbedrijf Petrobras toe om proefboringen naar olie te verrichten in een zeegebied nabij de monding van de Amazone. Dit is in strijd met het standpunt van het Internationaal Energieagentschap (Net Zero tot 2050), dat pleit voor het niet ontwikkelen van nieuwe olie- en gasvelden waar ook ter wereld. Naar schatting zal het project ongeveer vijf jaar nodig hebben om de commerciële olieproductie op gang te brengen, gevolgd door nog eens vijf jaar om de initiële investering terug te verdienen. Daarna is het onwaarschijnlijk dat investeerders de activiteiten met nulwinst zullen stopzetten, wat betekent dat de winning zal worden voortgezet.
Op de boorlocatie is het water twee keer zo diep als waar in 2010 de grote olieramp plaatsvond in de Golf van Mexico. Die ramp duurde vijf maanden voordat die gestopt kon worden. Als er in het Amazonegebied een olielek ontstaat, kan het lang duren voordat dat onder controle is. Zo’n ramp zou een ongekende catastrofe voor de biodiversiteit betekenen. Het gebied is ecologisch zeer divers, met koraalriffen en mangrovebossen langs de kust. Ook zouden de levens van inheemse volken en traditionele vissers ernstig bedreigd worden.
Brazilië zegt het milieu te beschermen, maar breidt ondertussen de olieproductie uit bij de monding van de Amazone. Dat is een opvallende tegenstelling tussen woorden en daden. Kort voor de klimaattop COP30 tekenden Brazilië en andere landen uit het Amazonegebied de Bogotá-verklaring, waarin ze afspreken samen sterk op te treden in de klimaatbesprekingen. Daardoor kunnen deze landen een gezamenlijk standpunt innemen en een leidersrol spelen.
Wil Brazilië echt het goede voorbeeld geven, dan moet het ontwikkelingsbeleid aangepast worden aan de milieuregels en ethiek die het belooft na te leven. Echt leiderschap betekent niet de laatste druppel olie oppompen, maar juist kiezen voor een toekomst die duurzaam en eerlijk is, en inzet op schone energie zonder fossiele brandstoffen.”
Bronnen:
Amazônia Real: Philip M. Fearnside – Petróleo: a hipocrisia do Brasil na COP30
Science: Brazil’s hypocrisy at COP30
Foto’s Marcha Mundial pelo Clima, Wereldmars voor het Klimaat in de straten van Belém – © Alberto César Araújo/Amazônia Real.
