Choro nachten: Braziliaanse muziek op zijn straatbest

De Nederlandse Brazz Jazz-gitarist Marijn van der Linden richtte eind 2012 in Rotterdam ‘Escola Portátil de Música Holanda, Instituut voor Choro en Samba’ op, het eerste filiaal van de beroemde gelijknamige school uit Rio de Janeiro. Met mede-muzikanten van EPM Holanda brengt hij als Cariopa op de cd ‘Noites Cariopas’ hulde aan de choro, een van de oudste nog levende Braziliaanse muziekstijlen.

Choro ontstond in de negentiende eeuw in Rio de Janeiro, destijds de hoofdstad van Brazilië. De toenmalige carioca’s, inwoners van Rio, waren Europeanen, Afrikanen en inheemsen. Europese dansen als polka, wals, habanera en mazurka werden doorontwikkeld en beïnvloed en vermengd met Afrikaanse ritmes als lundu en batuque. De muziek kenmerkte zich door vaak grillige en syncopische melodieën en veel percussie. Als de vader van de choro wordt Joaquim Callado (1848-1880) genoemd, fluitist en componist en oprichter van de in de negentiende eeuw alom bekende groep O Choro Carioca. De eerste vrouwelijke chorospeelster was Chiquinha Gonzaga (1847-1935). Zij maakte de piano tot een populair instrument. Choro’s waren en zijn te horen in bars, op straat en op plekken waar de locale bevolking elkaar ontmoet. Choromuzikanten spelen vaak niet voor geld maar voor een bord eten, een glas bier of gewoon om het plezier van het samen musiceren, meestal tot ver in de kleine uurtjes.

Ensemble Cariopa, zoals te horen op ‘Noites Cariopas’, bestaat naast Marijn van der Linden uit Remko de Landmeter op fluit, Kees Gelderblom op 6-snarige gitaar en Matthias Haffner op pandeiro. Zelf bespeelt Marijn op ‘Noites Cariopas’ een cavaquinho (viersnarige kleine gitaar), in 2008 speciaal voor hem gebouwd door de Braziliaanse topluthier (gitaarbouwer) Lineu Bravo. Marijn: “Hij woonde toen in Paraisopolis, Minas Gerais, nu in São Paulo geloof ik. Ik had eerder al andere cavaquinho’s, die een stuk goedkoper waren, maar die hadden allemaal mankementen, en dan met name in de stemming – ze waren gewoon niet zuiver en ook de klank liet nog te wensen over. Na verschillende vragen bij gerespecteerde musici in Brazilië hoorde ik – met name bij gitaristen – steeds twee namen. Ik moest een oude tweedehands ‘Do Souto’ vinden of een nieuwe door Lineu Bravo laten bouwen, aangezien zijn gitaren erg populair waren. Omdat ik in 2007-2008 besloten had de cavaquinho echt serieus te gaan spelen, besloot ik ook om te investeren in een goed instrument. Ik heb Lineu gebeld met de vraag of hij cavaquinho’s bouwde. Dat had hij nog niet vaak gedaan, maar hij had er veel zin in er een voor mij te bouwen. Ik heb de cavaquinho in 2008 opgehaald en meegenomen naar het Choro Festival van de Escola Portátil de Música waarvoor ik in de eerste plaats naar Rio was afgereisd.

“Het is voor musici leuk om te weten hoe de bouw van hun instrument tot stand is gekomen”

“Tegenwoordig spelen bijna alle professionele cavaquinhospelers op een Lineu Bravo cavaquinho of een oude Do Souto. De instrumenten van Lineu Bravo zijn gebouwd met groot vakmanschap en het hout dat hij gebruikt is van hoge kwaliteit en is goed bewerkt, zodat het ook in het Nederlandse klimaat in goede conditie blijft. Voor gitaren zijn de Braziliaanse bouwers naar mijn mening nog niet op het niveau van de Spanjaarden. Een dure Braziliaanse luthiergitaar is meestal te vergelijken met een middenklasse prijs Spaanse gitaar. Waarschijnlijk gebruiken de Spanjaarden toch beter hout en hebben ze gewoon veel meer generaties ervaring met gitaarbouw.

“Het is voor musici leuk om te weten hoe de bouw van hun instrument tot stand is gekomen, wie hem heeft gebouwd. Professionele musici laten gitaren vaak bouwen naar eigen smaak; daar hangt echter wel een prijskaartje aan. Naar mijn mening is het het waard om te investeren in een goede gitaar als hij zichzelf tenminste terug verdient met optredens enzo.Vandaar dat ik leerlingen aanraad om niet meteen voor zo’n duur instrument te gaan. Vaak weten ze ook nog niet wat voor een klank ze zoeken in een instrument. Voor leerlingen is het belangrijk een instrument aan te schaffen dat zuiver is, fijn speelt en niet al te veel kost.

“De markt is moeilijk. Veel gitaren worden voor belachelijk lage prijzen aangeboden – Made in China/Indonesia/Korea – en zijn toch nog van redelijke kwaliteit. Kleine bouwers kunnen hier niet tegenop. Gianinni cavaquinho’s worden tegenwoordig grotendeels in China gemaakt en niet meer in Brazilië en kosten nog geen 150 reais! Ter vergelijking: de gemiddelde prijs van een cavaquinho van een gerespecteerd luthier ligt tussen de 2000 en 5000 reais.”

Marijn van der Linden

“Bij OELA wordt met zorg en kwaliteit aan instrumenten gebouwd en ook nog rekening gehouden met waar het hout vandaan komt en of het gecertificeerd is”

Naast de cavaquinho van Lineu Bravo bezit Marijn een duurzaam geproduceerde cavaquinho van OELA (Oficina Escola de Lutheria da Amazônia – Praktijkschool voor Gitaarbouw van Amazônia) in Manaus, hoofdstad van de Braziliaanse deelstaat Amazonas. OELA is een organisatie die jongeren uit de armere buurten van de Amazonestad de mogelijkheid biedt een beroepsopleiding te volgen. Naast algemene vakken als informatica, techniek, sport en administratie leren zij er muziekinstrumenten maken van gecertificeerd hout. Hierdoor krijgen ze niet alleen uitzicht op een betere toekomst, maar werken ze ook mee aan het behoud van het Amazonewoud. De oprichter van OELA is musicus en docent Rubens Gomes, die nationaal en internationaal actief is voor een duurzame Amazone. OELA ontving van 2005 tot 2011 internationale ondersteuning van de Nederlandse ontwikkelingsorganisatie ICCO. De KLM nam de school in 2010 op in haar charitatieve AirCares-programma (frequent flyer miles) dat structureel bijdraagt aan de verbetering van de levenssituatie van hulpbehoevende kinderen in landen waar zij op vliegt.

Marijn: “Een project als OELA is fantastisch. Er wordt met zorg en behoorlijke kwaliteit aan instrumenten gebouwd en ook nog rekening gehouden met waar het hout vandaan komt en of het gecertificeerd is. Dat laatste weet je bij 99 procent van de luthiers namelijk niet. Echter de prijs waarvoor ze het instrument verkopen – een OELA cavaquinho kost 1200 reais – is goed voor het werk wat er in zit, maar kwalitatief halen ze het nog niet bij de duurdere luthier instrumenten. En voor de leerling- en amateurmarkt is de concurrentie vanuit China en dergelijke te groot. Een leerling zal eerder voor – laten we zeggen – 300 reais een beginnerscavaquinho kopen dan voor 1200 een OELA. Dat vinden ze dan net te veel voor een beter instrument en het steunen van ‘een goed doel’ als de natuur of kinderen een toekomst bieden.”

Wat kan daaraan worden gedaan? Marijn: “Weinig, denk ik. Professionele musici zullen bij de luthiers blijven kopen, amateurs gaan of voor goedkoop of voor ‘verzamelaars’ instrumenten. Een tussenklasse als OELA met een goed verhaal heeft maar een kleine markt. Ik zie dat bij mijn leerlingen. De OELA is mijn ‘tweede’ cavaquinho. De cavaquinho van Lineu Bravo is wel een stuk beter qua klank, maar is dan ook vier keer zo duur.”

‘Noites Cariopas’ is Braziliaanse muziek op zijn straatbest

‘Noites Cariopas’ is het debuut van ensemble Cariopa dat voor de opnamen van het album werd uitgebreid met gastmuzikant Julião Pinheiro Rabello op 7-snarige gitaar. Extra vocale bijdragen zijn er van Lilian Vieira en Fulvia di Domenico. ‘Noites Cariopas’ is Braziliaanse muziek – noem het choro, noem het samba – op zijn straatbest, soepel gespeeld en met die vreemde maar o zo bekoorlijke mengeling van ritmische meeslependheid en uitbundige melancholie die de avonden en nachten met ‘saudade’ kleurt. Daar dans je op de klanken van ‘A rainha de Osvaldo Cruz’ de samba die het hart is van de wijk Oswaldo Cruz in de Zona Norte van Rio en waaraan de Nederlandse (!) Kees Gelderblom op ‘Noites Cariopas’ met de liefde van een ‘verdadeiro carioca’ zijn diepe liefde betuigt. Daar tuimelen de musici in ‘Polga’ vrolijk over elkaar. Daar kun je wegdromen op de klanken van ‘Valse Verde’. Daar wordt het leven gevierd. ‘Noites Cariopas’ is een feest. En niet alleen voor nachtbrakers.

De cd ‘Noites Cariopas’ is uitgebracht op Acari Records, een van de belangrijkste Braziliaanse labels voor choromuziek (distributie in de Benelux door Harmonia Mundi).