Afgelopen weekeinde van 30 en 31 augustus vormde De Hortus Botanicus in Amsterdam het decor voor het eerste Klimaatfestival, met daarin gesprekken, workshops en wandelingen rondom biodiversiteit, natuurbehoud en klimaatactie.
Er was een inheems perspectief met een talk van de jonge Chautuileo Tranamil, geboren in Chili en lid van het volk van de Mapuche. Ook aanwezig voor een uitwisseling van ideeën waren twee VN-jongerenvertegenwoordigers Duurzame Ontwikkeling. Zij brengen later dit jaar de stem van Nederlandse jongeren naar de klimaattop COP30, die in november plaatsvindt in Belém in het Amazonegebied in Brazilië. Je kon bijenhotels maken, posters schrijven à la Loesje en een workshop Klimaatstress volgen met Milieudefensie.
De meer esoterisch geïnteresseerde natuurliefhebber kon terecht bij workshops als Luisteren naar de Natuur, Inclusieve Natuurbeleving en een ademsessie.
Een van de meest interessante blokken bestond op papier uit een drietal bijeenkomsten op zondag in de Palmenkas, die gericht waren op de rechten van de natuur. Het is een actueel onderwerp, dat onder meer uitgebreid aan bod komt in het recent verschenen, fascinerende boek Leeft een rivier? van de Britse natuurschrijver Robert Macfarlane. Aan de hand van drie voorbeelden gaat hij daarin in op de erkenning en rechten van rivieren als juridische personen. Zo noemt hij onder meer het recht om te stromen en het recht om niet te worden vergiftigd.
Voorafgaand aan twee presentaties over de rechten van de natuur was er een bijeenkomst met Maartje Bregman, propagandist voor, naar eigen zeggen, Positief Klimaatnieuws. Haar boodschap luidde: “Hoe zorg je ervoor dat je niet overkomt als een klimaatdrammer, maar juist als iemand die anderen op een positieve manier meeneemt?”
Die boodschap leek echter te zijn gemist door de daaropvolgende spreekster, Jessica den Outer. Zij is gespecialiseerd in internationaal milieurecht, schrijfster van het boek Rechten voor de Natuur en oprichter en directeur van de gelijknamige stichting. Nog vóór haar presentatie liet zij weten dat ik geen opnamen mocht maken van haar voordracht en dat ik haar in journalistieke publicaties over het Klimaatfestival niet mocht citeren zonder voorafgaande goedkeuring.
Opmerkelijk genoeg – zij is immers juridisch geschoold. Toch lijken begrippen als persvrijheid en citaatrecht niet aan haar besteed. Het is een houding die je in Nederland, controleland bij uitstek, vaker tegenkomt. Een houding ook die haaks staat op die van de meeste internationale klimaatwetenschappers die ik ken, onder wie velen bij het IPCC (het Klimaatpanel van de Verenigde Naties). Zij wijzen er juist op dat de natuur en haar rechten meer gediend zijn met openheid en transparantie dan met de gedachte dat de wereld om jou draait en je eigen belangen boven alles gaan.
Van een egocentrisch wereldbeeld naar een ecocentrisch wereldbeeld, en vervolgens naar een GAIA-centrisch wereldbeeld. Dat was de rode draad in misschien wel de meest boeiende presentatie tijdens het Hortus Klimaatfestival: The Voice of Nature door Milan Meyberg. “Wat als de natuur letterlijk een stem had — zouden we dan zorgvuldiger met haar omgaan?” Vanuit die gedachte richtte Meyberg Emissary of GAIA op. Zijn missie is om de natuur actief te betrekken in de dialoog, zodat ecosystemen via Environmental AI voor hun eigen bescherming kunnen opkomen.
Emissary of GAIA wil met het gebruik van kunstmatige intelligentie ecosystemen zoals bossen en rivieren een echte, fysieke stem geven. Door AI-modellen te trainen met bijvoorbeeld wetenschappelijke artikelen, rapporten en satellietbeelden kunnen deze modellen uiteindelijk, zo is het idee, fungeren als “vertegenwoordigers” van ecosystemen. Het wordt dan mogelijk om direct met hen in gesprek te gaan, “alsof de natuur zelf aan tafel zit”.
Een van de doelen van het initiatief is om ENVAIs (Environmental AIs) te creëren die als adviseurs kunnen optreden voor natuurorganisaties, bedrijven en lokale overheden, maar ook voor internationale instanties als de Verenigde Naties. Daarnaast zouden zij minder draagkrachtige landen en volken die niet steeds over de wereld kunnen reizen, kunnen vertegenwoordigen aan de onderhandelingstafels bij bijvoorbeeld klimaatconferenties. Op termijn kunnen deze ENVAIs zelfs een rechtspersoonlijkheid krijgen namens ecosystemen — zoals eerder al gebeurde met specifieke natuurgebieden in Nieuw-Zeeland en Ecuador.
De mensheid als zodanig is vervreemd van de natuur, en de natuur zelf is niet bij machte ons aan te spreken en op te komen voor haar eigen bescherming, zo is nog altijd de algehele mening. Emissary of GAIA wil met behulp van AI dat gesprek weer op gang brengen. En ja, er zitten haken en ogen aan het initiatief. Zoals: de keuze van de input waarmee de AI-modellen worden getraind. En: wordt er in de mogelijke dialoog toch niet expliciet ingezet op de taal die wij mensen begrijpen, in plaats van echt te leren luisteren naar wat de natuur op haar eigen manier heeft te melden? Iets wat vele inheemse volken over de hele wereld al eeuwen verstaan en in praktijk brengen – zij verstaan de taal van de wind, de bomen en de rivieren en weten hoe te luisteren.
Emissary of GAIA gaf in De Hortus bij monde van Milan Meyberg aan de kritiek te begrijpen en zelfs te delen. En dat stemt hoopvol.